23 Augustus 2022
Zomaar een middag en deze keer op maandag.
Trouwens, bijna iedere maandag ga ik met onze zoon naar zijn Pa en ook deze maandag.
Eigenlijk zou ik hier niet over mogen schrijven, ware het niet, dat ik het even kwijt moet.
Meestal zit onze Anne bij de anderen of buiten. Alleen als ie zich niet goed voelt, zit ie binnen op zijn kamer en daar troffen we hem deze middag.
Hij maakte bij ons wel een goeie indruk en probeerden we hem tot actie te laten komen en een rondje te lopen.
Gelijk kwam hij in actie.
Ik weet het niet meer precies, maar zo’n drie rondjes lijken me het zo achteraf wel. Overal buiten op de balustrade zaten of liepen wel mensjes, maar niet zoveel, dan zou kunnen.
Hier en daar een praatje, maar eigenlijk wel helemaal op onze pa Anne gericht.
Uiteindelijk kozen we voor ons even een bankje vlakbij de ingang, maar nog daarvoor werd er tegen mij geklaagd door mijn (?) vriendin over de chaos die binnen was geweest.
Jut en Jul moesten even uitrusten.
Nooit helemaal zeker zijnde van de verhalen, houd ik me wat op de vlakte. Ik kom voor Anne, dus wij wandelen verder. Mijn (?) vriendin niet weer gezien.
Ronald, onze zoon, moest wat eerder naar huis, dus bleef ik met Anne buiten zitten.
De volgende dame kwam bij me klagen, Anne kroop wat achter mij en ik had niet het fatsoen haar uit de weg te gaan.
Anders mogen ze allemaal hun zegje doen, dus deze keer mocht ik het hele verhaal opnieuw horen. Eigenlijk allebei met de voordeligste kant van zichzelf.
Ik heb zo met hen van doen, maar wil er ook niks mee te maken hebben en heb het aangehoord en af en toe een aanvulling gemaakt, maar toch de boel de boel gelaten.
Binnen zat de dame, die meestal naast Anne te vinden is, wie wie opzoekt, maakt niet uit, het valt op.
Haar verhaal wilde ik liever niet horen en koos, om zonder verder te luisteren naar huis te gaan.
Ik kan hier niet alles melden, zonder mensen te beschadigen, dus stopt het hier.
Mijn middagje Anne was een verdeeld middagje, maar wandelen met Anne en Ronald was fijn geweest.
Tot de volgende keer Anne, late het dan weer vrede zijn, oorlog is er genoeg om ons heen.
Een knuffel en Anne naar de huiskamer begeleiden, waar de borden al op de tafel stonden, liep ik zwaaiend naar iedereen het gebouw uit en keek nog één keertje, bijna bij de lift.
Dan zie ik zelf echt niks meer, maar zwaai altijd in geval die ogen beter zijn dan de mijne en vriendelijk zijn is nooit teveel.
Thuis nog lang nagedacht, wat ik beter had moeten doen, maar heb het uiteindelijk naast me neer gelegd.
Jammer dat onze o-pa-Anne het zich aangetrokken heeft. Hij heeft er niks over gezegd en eigenlijk weet ik, dat hij het echt heel snel vergeten is.
Dat is dan het enige voordeel van zijn ziekte.
Ik heb gezegd...
èFVé