17 Augustus 2019
Anne.
Z’n eerste toiletgang, ongeveer half één. Al snel klaar, maar daarna
terug en weer naar de kamer of keuken en weer terug.
Gelukkig dat de deuren zo’n herrie maken. Dat laat ik al opzettelijke
zo.
Het werd me te gek, het was of ik de voordeur hoorde. Dat slot gaat héél moeilijk.
Mijn onrust werd bar en boos en ging ik dus een kijkje nemen. Was bijna
beneden, loopt Anne me voorbij richting de kamer, draait om en verdwijnt weer
in de WC..
Ik zit inmiddels op de trap. Om privé-redenen volg ik ‘m niet.
Bovendien kan hij schrikken. Ik wacht.
De deur gaat weer open en Anne gaat proberen de voordeur los te krijgen.
Ik denk niet na en sta bij hem.
Hij vindt het heel gewoon en zegt: “Ik zit vast”. Ik vraag wat hij
bedoelt en hij wil weer de deur open maken.
Het lukt hem niet en ik pak de sleutel, terwijl ik verder met hem praat.
Hij zegt: “Ik woon hier niet, ik woon aan de overkant”. Ik kijk vast
heel verbaasd en hij gaat door: ”Die kant op, dus nog verder”.
Ik leg uit, dat we hier samen wonen en doe alle lichten aan. Ik vraag,
of ie weet, wie ik ben. Dat vindt ie stom en moet zo lachen: “Froukje”, zegt
hij. Ik denk na, wijs het bed aan en vertel voorzichtig, dat het zijn bed is.
Verbaasdheid alom. Hij kijkt achter de kamerdeur en ik wacht op wat er
daarna gaat gebeuren.
Voorzichtig meld ik na een poosje: “Misschien ben je in de war?”. “ Ja”,
zegt hij, “ik ben echt in de war”.
Ik neem hem mee naar z’n bed en laat ‘m zien, dat het echt zijn bed is
en hij kruipt erin.
“Weet je ‘t weer? “, vraag ik. Geen antwoord, maar hij kruipt wel op
bed, doet het dekbed omhoog. Ik kus hem goedenacht en hij kust mij terug. Ik zeg, dat ik weer naar mijn bed
ga en vraag of dat goed is. Hij vindt het prima.
Ik ga naar de gang, doe de kamerdeur met veel lawaai weer dicht, roep
nog even “Welterusten Anne”.
Hij kreunt wat terug. Ik draai de sleutel zo in de
deur, dat ie eruit kan, dus niet echt extra op slot, verstop de sleutel achter
de jassen op een haakje, welke onze Harrie, de klusjesman gemaakt heeft en tik
dit verhaal in.
Ben weer rustig, maar niet om te slapen. Misschien lukt het na een
poosje. Nu ben ik nog bang, dat ie weer uit bed gaat op zoek naar.....de
overkant of nog verder die kant uit.
Dit moet ik even kwijt. Misschien is het éénmalig, dat hoop ik. Ik denk
het niet.
Welterusten zeg ik tegen mezelf en duik in bed. Laat de computer aan,
hoor Anne hoesten.
èFVé
No comments:
Post a Comment