15 Februari 2020
Gisteravond
woonde Anne weer in het gebouw, ons huis dus. Hij vertelde, dat het er zo stil
was en dat ie niemand tegenkwam.
Sinds
kort ga ik met hem mee, hoe moeilijk me dat ook valt. Ik vind dan ook dat het
hier erg stil is.
Ik
vertel, wie hem komt wassen, zegt ie: “Hier in dit land?”. Dan ben ik zo
geneigd te zeggen, dat we hier thuis zijn, maar zeg gewoon: “Ja, hij komt
hier”.
Anne ligt
er weer in en ik volg hem. Ik heb z’n kleding weer klaar gelegd en dan ben ik
zelf aan de beurt.
Na een
rustige nacht ongeveer vijf uur naar beneden geweest. Dat was vroeger dan
normaal en dan ben ik bang, dat Anne niet weer naar bed gaat. Anne was door het
hele huis geweest, maar lag inmiddels weer plat en hebben we even gepraat. Hij
leek rustig en was het ook. Ik heb vanmorgen zelfs kunnen douchen.
Half elf
ongeveer komt Tsjerk Anne wassen. Tsjerk gaat ons verlaten en dat spijt me erg,
maar stilstaan is achteruitgaan voor jonge mensen.Hij doet
het goed, dus carrière maken?
Meer vrije tijd is z’n streven. Het is goed, we
hebben het goed gehad met hem.
Ik heb
appeltaart gekocht, is ie dol op.
Koffie met appeltaart, voor ons ook,
dus....komt helemaal goed.
Tot
straks...
Tsjerk is
geweest, ik was mopperig op Anne, had weer z’n gewone sokken aan gehad in bed.
Koop ik daar verdorie speciale warme sokken voor de nacht, thermo-sokken, doet
ie toch de gewone weer aan.
Ik moet
mezelf even aanpakken. Doordat ik het heel moeilijk vind, wat ik moet beslissen
voor Anne, ben ik aardig uit m’n hum. Ik zou zo graag willen, dat hij de beste
plek ter wereld krijgt, waar hij zich beter voelt dan in dit gebouw. Ik ben moe
en humeurig, niet in zijn voordeel.
Dennis
komt morgen op visite, Dennis...de storm. Vandaag dus nog wel even wandelen,
morgen zal dan minder goed kunnen.
Ik voel
me zo ongelukkig en dat is niet Anne z’n schuld, ik weet echt niet meer, wat ik
moet kiezen voor hem.
M’n
beslissing staat vast, ik word er niet vriendelijker op, als ik moe ben en nu
zelfs blijf. Hij mag niet de dupe worden, maar zal hij het snappen?
Ergens
waar ik het geweldig vind, is midden in de stad. Anne geeft niks om de stad.
Ergens
vlakbij mochten Sonja en ik niet bekijken, bovendien is dat geen I
care-instelling.
Blijft
over .... de Vierackers, daar waar Anne al denkt te wonen. Als ie dan ook nog
de dagopvang zou mogen blijven bezoeken, is de keus niet zo moeilijk. Behalve,
dat het voor mij best een eind blijft om hem te bezoeken.
Harde
wind of regen zullen me tegenhouden en wat zegt mijn Anne, als ik de plek
benoem als toekomst? “In zo’n hokje wonen? Dat lijkt me niks”.
Toch gaan
we die kant op, ik red het niet meer, volgende week is er een dag opvang extra,
misschien lukt het me daardoor wel?
We will
see...
XXX FRAN
No comments:
Post a Comment